Deze talentvolle zangeres stelt zich opnieuw voor, want
Bibi van den Dijck wordt Petite Klassiek!
Een unieke combinatie van zang, fantasierijk theater en klassieke muziek als rode draad: dat is Petite Klassiek, de nieuwe gezelschapsnaam van Bibi van den Dijck! Bibi wil met haar voorstellingen kinderen meenemen in de wonderlijke wereld van klassieke muziek, want dat is heus niet alleen voor bepaalde mensen weggelegd. De jongste kinderen kunnen genieten tijdens het Wiegeliedjes Concert wat Bibi samen met Petra Rosa speelt, en iedereen smikkelt van Bibi’s zangkunsten in Spaghetti alla Callas.
Petite Klassiek zet bekende melodieën van opera’s en klassieke muziek in bij haar eigen verhalen, waardoor toegankelijkheid en interactie kenmerkend zijn voor haar voorstellingen en concerten. Bibi praatte met ons over de keuze voor haar nieuwe gezelschapsnaam Petite Klassiek en haar plannen voor de komende seizoenen. Ook wordt duidelijk waar Bibi allemaal van houdt: spelen voor kinderen, klassieke muziek, en… spaghetti!
Wil je jezelf voorstellen? Met wie werk je samen, en wat heb je tot nu toe gedaan in theater en jeugdtheater?
“Ik ben Bibi, klassiek/opera zangeres en theatermaker. Voor het Wiegenliedjes Concert werk ik samen met harpiste Petra Rosa. Spaghetti alla Callas is een solo operavoorstelling voor kleuters, waarmee ik aan het begin van het maakproces samenwerkte met Mark van Vliet en waarvan Ferry Spigt de regie deed.
Wat betreft kindervoorstellingen heb in het verleden met Frank Groothof samengewerkt. Zijn jarenlange ervaring was super inspirerend. Met 7 operazangers speelden we toen zijn beroemde bewerking van Die Zauberflote: De Toverfluit (7+). Deze voorstelling hebben we twee seizoenen lang door heel Nederland gespeeld, zowel in theaters, openluchttheaters als in huiskamers en op festivals voor kinderen en hun (groot)ouders. Dat was super om te doen. Bij Holland Opera heb ik samen met een marimba speler de mini-opera Hans en Grietje gespeeld in kleuterklassen. Daarnaast treed ik af en toe op de dagopvang voor kinderen met EMB (Ernstig Meervoudige Beperking) voor Stichting Diva Dichtbij.
Ik zing en speel ook graag voor volwassenen. Ik zong en zing in diverse operaproducties, onder meer van B.O.O.M! Bold Opera On the Move! en de Nederlandse Reisopera. Ook zing ik als eerste sopraan in het koor Consensus Vocalis, waarmee we hele diverse en toffe, soms ook theatrale, projecten doen. En ik treed vrijwel wekelijks een middag op voor ouderen met Alzheimer in de huiskamers van verzorgingshuizen voor stichting Diva Dichtbij.”
Vertel wat over je nieuwe naam! Waarom Petite Klassiek?
“Ik begon gewoon onder mijn eigen naam bij Buro Bannink, omdat ik toen ook nog de enige persoon was in mijn gezelschap. Ik ontmoette Karin halverwege juni en sloot begin juli aan bij Buro Bannink. Het ging dus allemaal even heel snel. Tijdens het maakproces en repeteerproces van Wiegeliedjes startte mijn samenwerking met harpiste Petra. We maakten de voorstelling echt samen. Wat betreft toekomstige voorstellingen wil ik graag samen kunnen werken met andere makers/zangers/instrumentalisten en samen de voorstelling maken, i.p.v. dat ik hen inhuur om in mijn voorstelling te spelen of zingen. Daar past een andere gezelschapsnaam beter bij. Het werd Petite Klassiek, want we spelen klassiek en opera voor kinderen. Ik ben 1.60m, dus ik ben zelf ook wat ze noemen ‘petite’… zit er toch nog iets van mezelf in de naam ;).
Je kunt niet vroeg genoeg beginnen met klassieke muziek, denk ik. Persoonlijk vind ik het jammer dat steeds minder kinderen in aanraking lijken te komen met klassiek en opera. Mijn eigen jeugd heb ik stukgeslagen in de muziekschool, waar ik vioolles had en in allerlei orkesten en ensembles speelde. Hier is mijn liefde voor klassieke muziek ontstaan. Zonder deze basis was ik nooit terechtgekomen bij opera. Die liefde voor klassiek en opera geef ik middels mijn voorstellingen graag door aan een volgende generatie.”
Waarom kies je voor jeugdtheater? Wat vind je leuk aan deze doelgroep?
“De onbevangenheid, nieuwsgierigheid en openheid van kinderen vind ik heel leuk. Het is het tegelijkertijd het meest kritische publiek dat je voor je kunt krijgen. Als ze het niks vinden, steken ze dat niet onder stoelen of banken.”
Wanneer is een voorstelling voor jou geslaagd?
“Als iedereen driekwartier lang ademloos heeft zitten luisteren. Nee… grapje… sommige kinderen kunnen nou eenmaal iets langer stilzitten dan anderen. Voor mij is het geslaagd als de voorstelling goed ontvangen wordt. Als kinderen en/of ouders na afloop naar me toe komen en aangeven dat ze nu vaker een opera of klassieke voorstelling gaan bezoeken, dan is dat ook heel leuk.”
Met wie werk je het liefst aan een voorstelling? Waarmee begin je?
“Het liefst werk ik met een klein team van leuke mensen, waarin we elkaar versterken en aanvullen, zowel qua vaardigheden als persoonlijkheden. Het begint meestal met een idee. Daarna ontstaat de rest. Dat proces gaat over het algemeen heel organisch en het loopt elke keer anders. Maar meestal loopt het schrijven van de muziek en de tekst en het uitproberen daarvan op de vloer een beetje hand in hand op. Het moet lekker zingen in het geval van opera. Dat moet je toch even uitproberen. Voor mij werkt het niet om mezelf op te sluiten, een script (of in het geval van een opera een libretto) te schrijven en dan pas te gaan repeteren en te kijken of het werkt. Ik heb juist de interactie met anderen nodig, waardoor er iets kan ontstaan.
Nu werken we veel met bestaande beroemde aria’s, waarop we nieuwe teksten schrijven. Of we maken simpele arrangementen. Mocht ik ooit een grote bak geld hebben, dan zou ik graag een componist vragen om een jeugdopera te componeren.”
Kun je wat vertellen over de verschillende aspecten van je werk? De techniek, uitdagingen, onverwachte dingen?
“Bij opera en muziektheater wordt alles al snel groot, groter, groots: veel instrumentalisten en zangers, dure en grote decors en kostuums, een regisseur, dirigent, technici. Het is ten slotte ‘ totaaltheater’. Hierdoor is het ook een dure kunstvorm om te maken, waar vaak veel subsidie mee gemoeid is.
Mijn gezelschap is ongesubsidieerd en klein. Hierdoor moet ik dus goed kijken wat wel kan en goed werkt qua decor en attributen om het verhaal op een frisse manier te vertellen, zodat het bovendien op allerlei soorten locaties gespeeld kan worden. In Spaghetti alla Callas werk ik bewust met begeleidingsbanden, zodat ik solo kan spelen. Sommige van die banden zijn ingespeeld door een pianist, anderen zijn ingespeeld door een orkest. Hierdoor hoor je wel de vaak prachtige begeleiding van de aria’s, al is het dan niet live gespeeld. Dit vond ik wel spannender dan ik van te voren verwacht had.
Het Wiegeliedjes Concert is een theatralere compilatie van alle baby en peuter concerten die ik afgelopen jaren gaf in bibliotheken. De kracht van een klassiek baby/peuterconcert zit hem in de interactie. Dat je dicht op je publiek kunt spelen en contact met de kinderen maakt. En dan willen sommige kindjes natuurlijk ook graag het podium op kruipen, wat we alleen maar heel leuk vinden. Maar ze willen ook wel eens aan de harp zitten, wat dan natuurlijk weer niet zo handig is. Dat bezorgt onze harpiste af en toe wat stress.
De naam Wiegeliedjes Concert kozen we een beetje ad hoc, omdat de naam ‘het babyconcert’ al bij een ander gezelschap hoort. Wiegeliedjes dekt de lading eigenlijk niet. Hoewel klassiek natuurlijk rustgevend is, spelen we niet alleen maar slaapliedjes, wat de naam van de voorstelling nu wel impliceert. Vanaf seizoen ’24-’25 zal de naam van de voorstelling dus veranderen in ‘Dag Zon, Dag Maan!’”
Waarom heb je voor een samenwerking met Buro Bannink gekozen? Wat verwacht je van deze samenwerking?
“Buro Bannink vertegenwoordigt leuke gezelschappen en verkoopt toffe voorstellingen. Daarnaast is er de ruimte voor kindervoorstellingen rondom klassieke muziek.
Ik verwacht dat ik hierdoor het aantal speelplekken en theaters waar ik mijn voorstellingen kan spelen kan uitbreiden. Het is daarnaast fijn dat een impresariaat allerlei tijdrovende organisatorische zaken en een stuk acquisitie uit handen neemt.”
En tenslotte, waar wordt je helemaal blij van?
“Ik word heel blij van het gehaakte decor en rekwisieten in Spaghetti alla Callas.
Ook heel grappig dat sommige kinderen ineens halverwege de voorstelling gaan roepen: ‘hee, maar dat is geen echt eten! Dat is gehaakt!’
En het is erg fijn dat ik beide voorstellingen komend seizoen vaker dan verwacht mag spelen. Ik verheug me op de volle zalen!”
Lees meer over Petite Klassiek en bekijk hun speellijst.